Op deze laatste zondag van het kerkelijk jaar gedenken we hen die het afgelopen jaar ons zijn ontvallen. Zij die binnen onze gemeente ons zijn ontvallen zullen met name genoemd worden. Ook zullen we hen gedenken die we niet bij name zullen noemen, maar wiens naam in onze harten is.
Als we op aarde komen is er een ding zeker, eens zullen we deze aarde weer moeten verlaten. Wanneer weten we niet. Hoe we de aarde gaan verlaten weten we niet, het leven kan al na een kort verblijf op deze aarde plotseling worden afgebroken. Soms komt het onverwachts en soms zien we het aankomen. Wat blijft is het grote verdriet en gemis. Door middel van een symbolisch bloemstuk willen we hen gedenken die van ons heen zijn gegaan.
Het bloemstuk is in een
ronde vorm geschikt. De
takken die de cirkel vormen zijn dor en dood, maar de boom leeft door. Deze ronde vorm verwijst naar de voortdurende cyclus van beginnen en eindigen, er is geen begin en geen einde te vinden. Het symboliseert volmaaktheid en eeuwigheid.
De schikking staat op een
grijs kleed, soberheid, vergankelijkheid en rouw. Het is ook de kleur tussen zwart en wit. De kleuren van de schikking gaan van donker naar licht:
paars, de kleur van bezinning en ingetogenheid, na het donkere paars komt de
roze kleur: het wordt een beetje lichter.
De kleur
wit is de kleur van sneeuw, van ongereptheid zuiverheid en reinheid.
De
klimop is een teken van trouw, onze gedachten zullen altijd zijn bij degene die ons ontvallen is. We blijven de herinneringen trouw.
De
lelie is een prachtige statige bloem.
De lelie staat voor vergankelijkheid maar ook voor liefde en zuiverheid.